Nadenken over zwart wit films en wat Europese steden
“Graaien in het verleden als in de grijpkast aan ’t luna park op de kermis”
Nostalgie en modernisme. Stephan Vanfleteren, ja daar staat een mens voor in bewondering. Hij is een leeftijdsgenoot van me, denk ik, en zijn fotografie staat al decennia als een huis, ze is onmiskenbaar. Eén van zijn klasgenoten en vrienden stierf toen hij en ik, 69’ers, 50 moesten worden. Kanker. Ook een fotograaf. ‘De Vanne’. Toffe pee. Ex van een nicht van mijn vrouw. Ik kom hier nog op terug.
De beeldtaal van Vanfleteren doet me terugdenken aan de film Rumble Fish met Mickey Rourke en Tom Waits. ‘Motorcycle Boy Reigns’ op de muren van uitgeleefde brugcomplexen en aan treinstations met halflege bars en nauwelijks herkenbare mensen. Ik duik heel graag in het verleden maar ik doe dat niet uit een soort nostalgisch verlangen omdat vroeger alles beter zou geweest zijn. Ik graai in het verleden als in een grijpkast van het luna park op de kermis, omdat het gekende materie is. Het is klei waar ik makkelijker mee boetseer en, ja, dan kom je al gauw bij Meetjeslandse klei terecht, of in Brussel waar ik op kot gezeten heb en vaak eenzaam was.
Maar ook in Amsterdam, hoor. Mijn Leen haar nichtjes woonden in Amsterdam omdat haar nonkel Guido er directeur van De Brakke Grond was. Ik voel me vlug ergens thuis. In mijn herinnering heb ik wel eens een week in Parijs, Cuenca of Salamanca gesleten. Of even verderop in Lissabon en Porto. In mijn fantasie dool ik met een vriend vrij denkend op de trappen en langs de smalle stegen door het hoofse Madrid dat alle soorten Iberië verzamelt en daarom net iets interessanter is dan Barcelona, Valencia en Rome waar exclusief de Catalanen en Romeinen de lakens uitdelen. Liggen die laatste drie dan weer aan zee en is het turen naar die oneindige horizon vanuit een kolkende stad dan weer prachtig voorrecht, al doe je dat meestal niet veel langer dan tien minuten.
Bij Vanfleteren duurt het maar die druk op de knop. Maar zijn timing is zo precies dat zijn beelden er zijn voor de eeuwigheid. Vanfleteren heeft De Ronde een ander gezicht gegeven. Hij heeft ons getoond waar het eigenlijk om draait. Verder dan de koers. Beyond is zo’n Engels woord waar ik geen degelijk Nederlands alternatief kan voor verzinnen. Dus ja, nostalgie is er maar ook de zwart-witfilm waar ik Koubaa zie in rondlopen en Brusselmans hoor in fulmineren. Ik las vandaag een artikel over Paul van Ostaijen in De Morgen en ik moest meteen aan deze conversatie denken. Boem Paukeslag.
Het gaat over niet veel en heel veel ter gelijker tijd. De lettertypes, de vormgeving, de zingeving. Wat wil je als zin er aan geven? Zin en onzin. Vorm of inhoud? Wat vinden de Dertigers? Van Ostaijen had een oorlog te verwerken en schreef in een taal die nog niet de wegwerptaal was van de heersende meerderheid zoals nu maar een diamant van de onderdanige meerderheid die luisterde naar kerk, kardinaal en een Frans sprekende elite die op de knoppen duwde op de lijn Liège-Louvain-Bruxelles-Gand-Ostende. Ken je de rapper Baloji, Luikenaar met Congolese roots? Ook zijn songs spelen zich af in Rumble Fish. Nostalgie, heel zeker. Alhoewel. Baloji is in België terecht gekomen. Kan er niet meer weg. Hij keerde naar Congo terug als artiest. Met opgeheven hoofd. Nieuwsgierig. Maar hij bleef er de zanger van Starflam, de straatrat uit Luik met de prachtige zinsneden en een kop vol vragen.
Het is allemaal niet veel anders voor een Luc De Vos of een Stijn Meuris die niets anders doen dan hun eigen leven trachten te torsen met verwondering van wat ze rond zich zien: ‘Panamarenko’, ‘Geef al je geld aan de arme kinderen’, ‘Engel’, ‘Alleen Elvis blijft bestaan’… Ik beschouw het als een voorrecht om over die gasten te mogen nadenken en u dit te schrijven. Meer zou ik er ook niet achter zoeken, maar het houdt een mens wel scherp om hier even tijd aan te besteden. Ik dank u daarvoor. Ik heb een beetje op mij laten wachten maar ik ben mijn dochter aan het helpen haar cursus Geschiedenis van de Wereldpolitiek, van de Weense orde tot heden, wat samen te vatten. Boeiend werkje. Zij studeert Russisch en kan elk duwtje in de rug gebruiken. Bovendien had ik net ‘Revolusi’ van David Van Reybrouck achter de kiezen. Hele kluif maar het doorworstelen waard. Wel vermoeiend. Nu ga ik wat gas terugnemen. Op naar de Ardennen met een boekje van Stefaan Degand in mijn valies. Dag liefje, met Mila gaat het goed en ik klungel lekker verder. Zo heet het boekje.
Hier nog een Woesten-tekstje over een verloren zanger.
Wintergem (geïnspireerd op de song Full Moon’s Eye – Ostrogoth) – Woesten
Ze staat boven De Molen, een zaal in Wintergem
En Ostrogoth zingt het met krachtige stem
Over legenden en sagen en ook over hem
Hoe hij ging in… november, november
De volle maan
Daar staat een man met een donkere kap
Hij kijkt schichtig om zich heen en hij lacht om een ironische grap
We lachen, we grijnzen, we dollen en hij vindt het fijn
Hij droomt ervan de drummer te zijn, van een liedje
Over legenden en sagen en ook over hem
Hoe hij ging in…. november, november
De volle maan
Ik reis door de nacht langs een kronkelende weg
Daar komen de emoties waartegen ik vecht
Over legenden en sagen en ook over hem
Hoe hij ging in…. november, november
De volle maan